shetlander 

Geschiedenis

De eerste herkomst van de shetlander is onbekend maar deze pony's leven al eeuwen op de Shetlandeilanden en het is naar alle waarschijnlijkheid een zeer oud ras. Onder invloed van het koude klimaat en minimale hoeveelheden voer ontstond een kleine, taaie pony die alle kenmerken had van een koudbloedpaard en zijn lichaamswarmte zo goed mogelijk kon bewaren. Op de ruige Shetlandeilanden groeien geen bomen en op de schrale, zure veengrond groeien grassen en heidestruiken met weinig voedingswaarde. De shetlandpony's hebben zich zo ontwikkeld dat ze hiervan kunnen overleven.

De shetlander werd van oudsher gebruikt als pak-, tuig- en rijpony. Inlandse boeren gebruikten het dier vooral om zeewier in grote manden naar hun land te brengen, waar het als mest werd verspreid. Turf voor de vuren in de keukens werd op dezelfde manier vervoerd. Daarnaast dienden de shetlanders ook als rij- en trekdier. Naarmate het gebruik in de steenkoolindustrie toenam, werden de shetlandpony's bekender.

De pony's zijn naar vele landen over de gehele wereld geëxporteerd. Het ras lijkt zeer snel te veranderen van type als het ergens anders gefokt wordt.

Schofthoogte

De stokmaat van de shetlandpony varieert. De officiële indeling van de shetlandpony's gebeurt volgens hun schofthoogte. Deze indeling is verschillend in België en Nederland.

In België worden de shetlandpony's als volgt ingedeeld:

  • De kleine maat pony's met een stokmaat t/m 75 cm
  • De middenmaat pony's met een stokmaat van 76 t/m 80 cm
  • De grote maat pony's met een stokmaat van 81 t/m 102 cm

In Nederland, waar de shetlandpony's traditioneel een stuk groter zijn dan in België, wordt de volgende indeling gebruikt:

  • De minimaat pony's met een stokmaat t/m 86 cm
  • De kleine maat pony's met een stokmaat van 87 t/m 92 cm
  • De middenmaat pony's met een stokmaat van 93 t/m 98 cm
  • De grote maat pony's met een stokmaat van 99 t/m 107 cm

Exterieur

De shetlandpony wordt (in verhouding tot zijn grootte) gezien als een van de sterkste pony's en paarden van de wereld. Hij is goed aangepast aan het gure klimaat op de Shetlandeilanden. Aan zijn bewegingen is dit goed merkbaar. Hij tilt zijn benen op een specifieke manier op, het resultaat van het leven in een rotsachtige omgeving.

De oren zijn klein, zodat er niet te veel warmte verloren gaat in de winter. Het hoofd mag niet te groot zijn en moet een recht of concaaf (hol) profiel hebben. Het lichaam is gerond met een korte en enigszins holle rug. De shetlander heeft een dikke, lange maantop en staart en dikke manen. De benen zijn kort en sterk. Rond de vetlokken bevindt zich langere beharing. De hals is kort, zwaar en sterk.

Karakter en verzorging

Shetlanders worden nogal eens ervaren als eigenwijze en lastige pony's, dit heeft meestal met de opvoeding te maken. Vaak worden de pony's als veulen gekocht en niet goed opgeleid. Als een veulen geen goede, consequente opvoeding krijgt dan leidt dat tot karakterproblemen. Shetlanders zijn werklustig, nieuwsgierig en leren graag nieuwe dingen. Ze zijn slim en mede door hun nieuwsgierigheid willen ze weleens aan de verkeerde kant van de omheining staan.

Shetlandpony's zijn sober, het zijn geharde pony's die maar weinig voedsel nodig hebben. De shetlandpony kan ook in de winter zonder dek buiten blijven, maar een schuilstal in de weide stelt hij bij slecht en koud weer wel op prijs. Shetlanders hebben een aanleg om dik te worden. Het eten van gras en ander voedsel dat te rijk is voor zijn gestel in combinatie met te weinig beweging kan leiden tot hoefbevangenheid, een hoefziekte die kreupelheid veroorzaakt en zelfs tot de dood van de pony kan leiden.

Gebruik

Het is voor de sterke shetlandpony mogelijk om op een verharde weg lasten te trekken die wel twee maal zo groot zijn als zijn eigen gewicht. Omdat hij gezien wordt als een van de sterkste pony's en paarden ter wereld, denken veel mensen dat een shetlander ook grote lasten kan dragen. In werkelijkheid kan een shetlander slechts maximaal twintig procent van zijn eigen gewicht dragen omdat de pony anders op den duur last krijgt van de gewrichten in zijn rug en hij vrijwel onbruikbaar wordt om op te rijden, hoe jong of oud hij ook is. Niet alleen het gewicht van de ruiter is van belang maar ook zijn lengte; als de ruiter te lang is, brengt deze de pony uit zijn balans. Shetlanders zijn naast handzame pony's voor het rijden onder het zadel ook goede tuigpony's.

Tegenwoordig is de shetlandpony vooral geliefd bij kinderen, die erop kunnen rijden indien de pony een goede, duidelijke opvoeding heeft gehad. Wanneer de kinderen voldoende ervaring hebben opgedaan en hun pony voldoende opgeleid is kunnen ze meedoen aan wedstrijden of recreatieve tochten. De pony vraagt een zorgvuldige, consequente behandeling. Shetlandpony's kunnen erg koppig zijn maar tegelijkertijd heel aanhankelijk. Ze zijn het liefst buiten in een kudde met andere shetlanders.

  •  

    fjord

    De fjord of het fjordenpaard is een van de drie inheemse paardenrassen van Noorwegen en ook een van de oudste en zuiverste rassen ter wereld. Het fokken gebeurde voornamelijk in het westen van het land. Over de oorsprong van het ras is niet veel bekend.

    Geschiedenis[bewerken]

    Men vermoedt dat het paard Noorwegen is binnengekomen vanuit het oosten, er zijn (archeologische) aanwijzingen dat er na de laatste ijstijd in het zuiden van Zweden en Denemarken wilde paarden leefden. Vermoedelijk rond 1200 v.Chr. (de bronstijd) werden deze getemd. Archeologische opgravingen van Vikinggraven tonen aan dat zij ook paarden gebruikten. De Vikingen namen onder meer hun paarden mee naar IJsland en de Britse eilanden. Het IJslandse paard en het fjordenpaard zijn dus naar alle waarschijnlijkheid verwant. Sedert de tijd van de Vikingen worden de manen van het fjordenpaard geknipt. Bij de 'Nederlandse manier' van knippen worden de lichtere zijmanen korter geschoren dan de zwarte haren in het midden. Bij de oorspronkelijk 'Noorse manier' van knippen worden alle manen even lang afgeknipt. Dankzij zijn kracht, zijn hardheid en zijn vaste tred is het een prima hulpkracht voor de landbouw in het gebergte.

    Aan het begin van de 20e eeuw werd het paard vooral ingezet als werkpaard en werd het als volgt beschreven: "Kop als een haring, nek als een spinnewiel, lichaam als een biet en voeten als stalen veren". Tegenwoordig is het fjordenpaard meer een hobby- en vrijetijdspaard. Een fjordenpaard is een veelzijdig paard. Fjordenpaarden ze lopen veel onder het zadel, Z dressuur is geen uitzondering meer. Eén daarvan is het paard Guusje, dat door wist te dringen tot de Z2-klasse. Fjordenpaarden worden ingezet voor bijvoorbeeld marathonrijden, dressuur voor de wagen lopen met gehandicapten onder huifbedden, onder het zadel. Worden tevens gereden als westernpaard in de hogere klassementen met wedstrijden.

    Kenmerken[bewerken]

    • Schofthoogte: 1,35 tot 1,50 m.
    • Karakter: werkwillig, koelbloedig, enthousiast en nieuwsgierig. Maar kan ook zeer koppig zijn. Doorgaans betrouwbaar en rustig. Een prettig familiepaard.
    • Vachtkleur: er zijn vijf geaccepteerde kleuren: vaalbruin (isabel), vaalgrijs (grå), vaalrood (rødblakk), vaalgeel (gul) en vaalwit (uls). Het gaat hier om variaties van de zogenaamde wildkleur, met een aalstreep; een donkere streep die begint in de manen, over de rug loopt en eindigt in de staart.
    • Aftekeningen: behalve een (zeldzame) kleine ster op het voorhoofd zijn witte aftekeningen niet toegestaan.[1]
    • Beharing: de kuif van de manen bedekt bij een volwassen paard de helft tot twee derde van het hoofd. De traditie bepaalt dat de tweekleurige manen, die eigenlijk zouden hangen, zo geknipt worden dat zij rechtop staan en dat de gebogen lijn van de nek geaccentueerd wordt.
    • Hoofd: goed geproportioneerd, klein en goed gedefinieerd met een breed en vlak voorhoofd. Korte afstand van de ogen tot aan de mond. Grote, donkere en heldere ogen met een rustige uitdrukking. Neusgaten groot, en qua proportie dusdanig dat de mond een "vierkant" voorkomen krijgt. Oren moeten relatief kort zijn, parallel, met een pluisje op de uiteinden en niet te dicht bij elkaar gezet.
    • Ruime gangen; stap, draf en galop.
    • Gebruik: recreatie, buitenritten, trek- en tuigpaard (mensport), voltige. Er worden ook regelmatig fjorden gebruikt voor de dressuur, de endurance, het springen en westernrijden.
    •                            I
    • dit is een fjord v

     

Maak jouw eigen website met JouwWeb